Het zoeken naar Chiara ging moeizaam. Er was geen signalement.dus konden ze niet langs de deuren. De compositie tekening was gewist. Hij Vermoede opzet. Een drugs baron als Mauro had vast ook agenten plat. En hij wist zelf ook wel dat Mauro niet wilde dat ze werd gevonden.
Er werd nu geprobeerd om een nieuwe tekening te krijgen via Nederland. Of nog beter een foto. Zijn team had alle plekken die Chiara had benoemd in haar dagboek uit gekamd. Hij bleef zich afvragen voor wie de laatste stukken van elke dag waren geschreven. Hij kon het niet helpen. Hij bleef, maar aan Chiara denken. En wie ze werkelijk zou kunnen zijn.
"Je bent jezelf niet Lupo." Zei Valencia. Hij keek haar aan. Haar grijze ogen en bruin haar. En haar pittige character deed hem altijd een beetje aan Eva denken. Darom kwam ze vaak ook met iets te veel weg. Hij wist dat hij haar een beetje zag als invaller voor Eva. Om het gemis iets goed te maken.
Niet dat het veel hielp. Eva was grappiger, mooier had meer levens lust en vele malen slimmer. Hij zuchtte. Aan haar denken deed altijd pijn, dus verdrong hij elke gedachte weer. "Lupo?" Vroeg Valencia. "Ik kan het gewoon niet hebben dat we nog helemaal niets weten." Loog hij.
Hij wilde niet dat mensen wisten dat hij eigenlijk terug wilden naar Nederland. Terug om te kijken of ze hem kon vergeven dat hij was vertrokken. Om te proberen de draad weer op te pakken en weer met haar te werken. Hoe hij verlangde naar haar vriendschap. Hoe hij wenste dat hij nooit was vertrokken. Valencia leek hem te geloven. Eva had hem door gehad.
Hij lachte even. Waar hij eerst de overeenkomsten tussen Valencia en Eva zag. Zag hij nu alleen nog de verschillen. "Wat wil je doen?" Vroeg ze. Hij keek even in haar ogen. "We kunnen niet veel. We moeten wachten op Nederland."
Did you know this story is from Royal Road? Read the official version for free and support the author.
Hij haten het om machteloos te zijn. Hij wilde zoeken. Maar er was nergens meer om te zoeken. Hij wilde bewijzen vinden. Maar ook hier was er niets. Geen bewijzen of sporen. Alsof Chiara van de aardbodem was verdwenen.
Hij ging naar huis. Naar zijn troosteloze bestaan. Ja, het huis wat hij had was mooi. Ruim. En had een prachtig uitzicht. Maar het was er ook eenzaam. De eenzaamheid die hij in het begin fijn vond, begon hem nu naar de keel te grijpen. Hij wist niet hoelang hij het in Italië nog uithield.
"Is die compositie tekening al klaar? Hoe langer we niet weten wie we zoeken, hoe langer het duurt, hoe minder kans dat we haar levend vinden." Riep Wolfs. Chiara was nu al 3 weken vermist. "We hebben een foto binnengekregen, hij wordt nu verspreid." Zei Nino. En hij gaf Wolfs het origineel.
"God v... dit kan niet." Riep hij. "Ken je haar?" Vroeg Nino. "Eva." Was alles wat hij zij. "Verdomme! Dat is Eva!" Riep hij. "Wie is Eva?" Vroeg Nino. Hij keek hem even aan. Ja, wie was Eva. Hoe kon hij haar in Gods naam beschrijven. Slim. Grappig, stoer, geweldig, en zo mooi. De enige vrouw in de wereld die hij nooit heeft kunnen vergeten.
Al die dingen in haar appartement die hem aan haar herinnerde waren omdat ze het werkelijk was. Na al die jaren deed haar foto nog altijd zijn hart sneller kloppen. Hoe kon hij ooit uit Maastricht zijn vertrokken? "Wie is Eva Lupo." Vroeg Nino. "Mijn partner." Fluisterde hij. "Wat?" Vroeg Nino. "Mijn voormalig Partner. We moeten haar nu zeker vinden. Levend."